Vraag 52 Wat is voor jou de troost van de wederkomst van Christus, Die komt om de levenden en de doden te oordelen?
Antwoord:
In alle verdriet en vervolging
verwacht ik met opgeheven hoofd
Christus als Rechter uit de hemel.
Hij is Dezelfde Die Zich eerst voor mij door God heeft laten veroordelen,
en zo heeft Hij heel de vloek van mij weggenomen. a
Als Hij terugkomt, zal Hij Zijn en mijn vijanden in de hel werpen, b
maar mij en alle uitverkoren mensen tot Zich nemen
in de hemelse vreugde en heerlijkheid. c
Bewijsteksten
aOns burgerschap is echter in de hemelen, waaruit wij ook de Zaligmaker verwachten, namelijk de Heere Jezus Christus. Filippenzen 3:20
Wanneer nu deze dingen beginnen te geschieden, kijk dan omhoog en hef uw hoofd op, omdat uw verlossing nabij is. Lukas 21:28
En dat niet alleen, maar ook wijzelf, die de eerstelingen van de Geest hebben, ook wij zelf zuchten in onszelf, in de verwachting van de aanneming tot kinderen, namelijk de verlossing van ons lichaam. Romeinen 8:23
Terwijl wij verwachten de zalige hoop en verschijning van de heerlijkheid van de grote God en onze Zaligmaker, Jezus Christus. Titus 2:13
Want de Heere Zelf zal met een geroep, met de stem van een aartsengel en met een bazuin van God neerdalen uit de hemel. En de doden die in Christus zijn, zullen eerst opstaan. 1 Thessalonicenzen 4:16
bDan zal Hij ook zeggen tegen hen die aan de linkerhand zijn: Ga weg van Mij, vervloekten, in het eeuwige vuur, dat voor de duivel en zijn engelen bestemd is. Mattheüs 25:41
Het is immers rechtvaardig van God verdrukking te vergelden aan hen die u verdrukken. 2 Thessalonicenzen 1:6
cDan zal de Koning zeggen tegen hen die aan Zijn rechterhand zijn: Kom, gezegenden van Mijn Vader, beërf het Koninkrijk dat voor u bestemd is vanaf de grondlegging van de wereld. Mattheüs 25:34
En aan u die verdrukt wordt, samen met ons verlichting te geven bij de openbaring van de Heere Jezus vanuit de hemel met de engelen van Zijn kracht. 2 Thessalonicenzen 1:7
Deze bewijsteksten zijn ontleend aan de Bijbel in de Herziene Statenvertaling, © Stichting HSV 2010.